Hoe vol wil je ‘t glas hebben?
Dinsdag 9 juli
“Hoe vol wil je ‘t glas hebben?”
De Stena Line Saga heeft in een vlot tempo zijn lading vrachtauto’s, campers, caravans, personenauto’s en passagiers van zeer divers pluimage ingescheept. Op naar de overzijde van het Skagerrak, de zeestraat die in het verleden regelmatig zware stormen te verwerken heeft gekregen. Vandaag oogt de enorme waterplas een stuk vriendelijker. Onder een hemels decor van droog ogende wolken, een stralend zonnetje en een frisse noordenwind werkt de ferry zich zonder zichtbare inspanning richting de haven van Oslo. De machinekamer levert buiten ons zicht de benodigde PK’s in het belang van de voortgaande vaarbeweging. Het regiment personeel zet zich wel zichtbaar in voor het genoegen en het vermaak van alle zeevarenden. Er wordt voor gezorgd dat ieders bord en/of glas vooral niet half leeg geraakt. Menig passagier waardeert dat bijzonder en laadt zich tijdens de anderhalf uur toegezegde lunchtijd tot het randje vol. Constant aangevulde bakken met allerlei koude en warme gerechten verdwijnen als sneeuw voor de zon door de keelgaten van de gretige disgangers. Het gratis tappunt met cola, sinas en andere te suikerrijke dranken lijkt op een eindeloos sprankelend stromende waterval. De coca cola company heeft hier de wind mee. Ik krijg de indruk dat menigeen aan boord denkt dat we bij het aan land gaan in Scandinavië in een gebied van voedsel- en vochttekort belanden. Ik kan me overigens niet voorstellen dat veel van mijn meereizigers zich vanaf woensdagochtend 04.15 uur net als ik zullen bevinden in een gebied waar je zes dagen geen overvloedige horeca zal aantreffen. Mogelijk zet zich hun comsumptiegedrag de komende dagen op dezelfde wijze voort.
Na al die volle, halfvolle, lege en dan weer tot de rand gevulde glazen gezien te hebben moet ik denken aan de onlangs bekeken documentaire serie op NPO van Stine Jensen, getiteld: “Yes, ik ben”. Zij citeert daarin: “bij mij is het glas vaak half leeg” en besluit als Deense van afkomst “het epicentrum van de mineur”, Noorwegen te bezoeken en de waarde van de melancholie te onderzoeken. “De kunst van het somberen” ligt blijkbaar in de lange geschiedenis van vele Noorse kunstenaars, schrijvers en inwoners verankerd. Wat Stine Jensen zoal ontdekt op haar zoektocht, daar kom ik later op terug. Ibsen schreef ooit: “in elke duisternis zit licht”. Voor mij nu bij het bijna aan land gaan in Oslo de uitdaging om zeker niet te somberen gedurende de komende tijd en vooral tevreden te zijn met een glas dat niet tot de rand gevuld hoeft te zijn!
De tocht gaat beginnen.
Genieten maar Ronald.